Zijn jonge jeugd brengt Anthony in Suriname door bij zijn moeder en stiefvader. ‘Ik was een lief en rustig kind en deed het goed op school. Ik wilde artiest worden: zingen, rappen, piano spelen, drummen. Ik schreef muziekteksten en maakte muziek met vrienden.’
Op zijn veertiende wordt hij naar Amsterdam gebracht en gaat bij zijn vader en stiefmoeder wonen. ‘Niet dat ik het wilde, het was gewoon: we brengen hem naar Nederland zodat hij een betere toekomst kan krijgen.’
Op straat
‘Ik stroomde in het derde jaar vmbo in. In het vierde jaar ging alles fout. Ik kreeg verkeerde vrienden en begon met roken, blowen en bier drinken. Ik ging niet meer naar school, kreeg ruzie met mijn vader en woonde in verschillende jeugdopvangen. Ik kwam zelfs met justitie in aanraking en kreeg jeugddetentie in Veenhuizen.
Ik woonde heel even op mezelf in Groningen, met ambulante begeleiding. Maar het lukte me niet, ik kreeg een huurachterstand en werd eruit gezet. Toen stond ik op straat. Ik was net 18.Ik kon nog even bij mijn oma in Rotterdam terecht, maar ook dat ging fout. Uiteindelijk hebben ze me naar Beilen gestuurd. Naar GGZ Duurzaam Verblijf.* Daar heb ik elf jaar gewoond.’
Diagnose
‘In Beilen heb ik pas begrepen dat ik schizofrenie heb. Ik had al jaren last van stemmen, waanideeën en hallucinaties. Daar leerden ze me hoe ik ermee om moet gaan. Schizofrenie is een ziekte. De stemmen en beelden zijn eng. Mensen hebben dat niet door. Als je niet geholpen wordt, brengt het groot ongeluk.’
Opwaarts
Anthony volgt in Beilen intensieve programma’s en therapie, hij sport en werkt in een kringloopwinkel. ‘Vanaf toen ging ik de positieve kant op. Ik leerde vooral nee zeggen. Want ik ben een heel makkelijk persoon. Bij mij mag het allemaal. Ik begon in te zien dat bepaalde dingen niet goed voor me zijn.’
‘Na vijf jaar mocht ik naar een begeleide woning in Groningen. Maar ik voelde me niet op mijn plek in dat huis. Toen heb ik zelf gevraagd of ik terug mocht naar Beilen. Want daar had ik het fijn. Ik heb daar toen nog zo’n zes jaar gewoond. Uiteindelijk hebben ze me naar een goede plek gestuurd. En dat is hier op de Scheurleerweg.’
Wonen op de Scheurleerweg
‘Bijna twee jaar woon ik nu op de Scheurleerweg. Na elf jaar in een gesloten kliniek voelde het alsof ik weer een vrij man was en mijn leven weer verder kon oppakken.
Je bent vrij om te gaan waar je wil, maar je moet wel rekening met elkaar houden, want we zitten hier met 50 man en een hond. Toen ik hier net woonde deed ik veel aan dagbesteding, daarna wat minder. Ik had toen even moeite met mezelf. Maar ik heb het de laatste tijd weer opgepakt. Met taken die niet zo moeilijk zijn: de veegploeg, de woonkamer schoonmaken.’
Familie
‘Sinds ik hier woon heb ik meer contact met mijn familie. Met mijn stiefmoeder, mijn vader, mijn broertjes, zusjes, ooms, tantes. Daar ben ik blij mee.
Vorig jaar ben ik na 23 jaar voor het eerst teruggegaan naar mijn moeder in Suriname. Ze had een maand vrij genomen van haar werk in het ’s Lands Hospitaal in Paramaribo. Om bij mij te zijn. Ze heeft elke dag voor mij gekookt.
Wat mijn dromen zijn? Ik ben misschien een beetje afgezonderd geraakt van het leven. En misschien ben ik niet perfect, maar ik zou ooit wel gewoon een normaal leven willen hebben zoals iedereen. Gewoon huisje, boompje, beestje.
Ik ben trots dat ik een positief en beter persoon ben geworden. Niet meer iemand die verleid wordt door slechte vrienden. Vroeger was ik het zwarte schaap van de familie, dat ben ik nu minder. Ik hoop vooral dat anderen ook het positieve in mij zien.’
*Bij Duurzaam Verblijf in Beilen worden mensen opgenomen die lijden aan een combinatie van ernstige psychiatrische stoornissen, een verslaving en soms een verstandelijke beperking.
Tekst: Ilse van der Mierden
Fotografie: Simone Dweelaard