Winteropvang voor kwetsbare jongeren: een terugblik

Aan het Atlantisplein in Amsterdam Oostpoort bood perMens van 15 december tot 7 april winteropvang voor dak- en thuislozen. De dertig plekken waren speciaal gereserveerd voor kwetsbare jongeren tussen de 18 en 23 jaar oud. Regiomanager Carlos en Naima, medewerker én ervaringsdeskundige, blikken terug op de afgelopen maanden. “Hier konden we deze groep iets meer rust en privacy bieden.”

Een warme avondmaaltijd, een bed, de mogelijkheid om te douchen en een ontbijt voordat ze om halftien weer de deur uit moeten. Dat is waar de jongeren in de winteropvang op konden rekenen. Carlos: “Bij deze vorm van opvang bied je echt alleen de basis en dat is ook goed. Het moet hier niet te comfortabel worden, want dit is geen plek waar je als jongere lang wilt verblijven. Dat benadrukten het team en ik ook constant: je moet zo snel mogelijk uit deze situatie.”

Meest kwetsbare jongeren
perMens runde de winteropvang aan het Atlantisplein in opdracht van de gemeente. Carlos: “In de wintermaanden mochten alle dak- en thuislozen zich melden bij de GGD aan de Jan van Galenstraat. Vanuit daar werden de meest kwetsbare jongeren doorverwezen naar onder andere onze locatie. Denk bijvoorbeeld aan jongeren met psychiatrische problemen, ernstige trauma’s of jongeren uit de lhbtiq+ gemeenschap. Die kun je niet op een slaapzaal zetten met meerdere mensen. Hier konden we deze groep iets meer rust en privacy bieden.”

Ervaringsdeskundigen en studenten  
Carlos hoorde pas tien dagen van te voren dat er in het pand een opvanglocatie zou komen. “Ik moest dus heel snel alle spullen én het personeel regelen.” Vooral dat laatste was een uitdaging, helemaal nu de arbeidsmarkt zo krap is. Carlos moest creatief zijn. “Naast een aantal professionals van perMens, benaderde ik Tamarinde, een non-profitorganisatie die zorgstudenten koppelt aan een bijbaan in de zorg. Hierdoor kwamen er vijftien goede werkstudenten in het team.” Daarnaast schakelde Carlos De Portuur in, een platform voor ervaringsdeskundigen, voor nog twee krachten. Naima is één van hen. Ze zorgde onder andere dat alle jongeren op tijd wakker werden om de opvang te verlaten en zette het ontbijt klaar in de woonkamer.

Gezien worden
Naima weet als geen ander hoe het is om geen vaste grond onder de voeten te hebben. “Ik was nog jong toen ik mijn moeder verloor en had een gewelddadige jeugd. Op mijn zestiende vluchtte ik uit huis en kwam ik in de volgende hel terecht: die van drank, drugs en uiteindelijk een jarenlange drugsverslaving.” Hoewel elke jongere in de opvang weer een ander verhaal had – sommigen gingen “gewoon” naar school of werk – herkende Naima bij veel van hen de boosheid die zij vroeger ook voelde. “Een klein gebaar kan dan veel betekenen. Bijvoorbeeld ’s ochtends even vragen wat iemand die dag gaat doen. Zoiets had voor mij vroeger veel verschil gemaakt: het idee dat iemand interesse in mij had en dat ik werd gezien.”

Wachtlijsten en doorverwijzen
Carlos voerde binnen tien dagen met elke jongere een verdiepend screeninggesprek. Carlos: “Dan bespraken we de situatie. Hoe zit het met iemands financiën? Is er nog sprake van een netwerk en contact met ouders of familie? Hoe is het gekomen dat jongere geen huisvesting heeft? Hoe ziet iemand zijn toekomst en is er binding met Amsterdam? Het is een echte meerwaarde dat we als perMens gespecialiseerd zijn in deze doelgroep. Wij weten waar de jongeren terechtkunnen als ze overdag niets te doen hebben en kennen de instanties waar ze mee te maken hebben.”

Steun uit de buurt
De afgelopen maanden kreeg Carlos hulp uit onverwachte hoek. Toen de ondernemersvereniging van Winkelcentrum Oostpoort hoorde over de komst van de opvang, besloten de leden iets te doen. Winkeleigenaar Ulbe was één van hen. “Het was december en bijna kerst, dat zet je extra aan het denken. Met een aantal ondernemers doneerden we eten en spullen, zoals kleding en schoenen. Ook nodigden we de jongeren uit om te komen eten in een restaurant. Wat ik daar zag, raakte me. Aan tafel zaten gewoon leuke jonge meiden en jongens. Waarom hebben zij geen plek om naartoe te gaan? Ik vond sowieso al dat we elkaar best een beetje mogen helpen. Maar het beeld dat ik had van daklozen, dat is nu wel veranderd.”

Een goed team
Inmiddels is de winteropvang gesloten en wordt het pand klaargemaakt voor een volgende groep Amsterdammers die hulp nodig hebben. Carlos kijkt trots terug op het werk dat het team heeft verzet. “De combinatie van zorgstudenten en ervaringsdeskundige bleek een goede. De studenten kregen zo de kans om ervaring op te doen. Ze hebben veel geleerd, bijvoorbeeld om de doelgroep wel te ondersteunen, maar niet al hun zorgen mee naar huis te nemen. Ik hoop – en denk – dat sommigen een baan in onze sector wel zien zitten.” Voor Naima was het ook een bijzondere periode. “Ik heb inmiddels mijn leven op de rit en het voelde goed om iets te betekenen voor jongeren die nu in een soortgelijke situatie zitten als ik vroeger: alsof de cirkel nu rond is.”